Onze Baltische droom is bewaarheid geworden: eind augustus en begin september hebben we een rondreis kunnen maken langs de Baltisch-Russische grens! Dit was onze eerste reis door het ‘Zesde Continent’ sinds de start van de pandemie anderhalf jaar geleden. En zeer geslaagd: we hebben kennisgemaakt met een groot aantal onbekende plaatsen en natuurgebieden in het oosten van de Baltische landen nabij de grenzen met Belarus en Rusland.

Onze eerste eyeopener was het Noord-Litouwse stadje Visaginas, 15 km van de grens met Belarus. Dit is in 1975 aangelegd om de werknemers van de toen gebouwde kerncentrale te huisvesten. De inwoners kwamen uit de gehele Sovjet-Unie en ook nu nog kent het stadje een Russische meerderheid. Toch zijn er volgens de lokale gidsen die ons rondleiden geen grote etnische spanningen. Er is sprake van een toenemend aantal interetnische huwelijken en er wordt veel tijd en geld geïnvesteerd om vreedzaam met elkaar te integreren. Een van de gidsen – een Litouwse – was vanuit Kleipeda (Oostzee) hier naartoe verhuisd en inmiddels getrouwd met een Rus.

 

Eerste steen voor de bouw van Visaginas (augustus 1975) (foto Karel Onwijn)

Visaginas is middenin een bosgebied aangelegd, zover mogelijk weg van de bewoonde wereld. Het was in de Sovjettijd een zgn ZATO – gesloten stad. En je merkt nog steeds de gevolgen hiervan: overal tussen de woonflats in staan lange dennen, berken en andere bomen, en het stadje is geheel omringd door bossen en natuurreservaten. We hebben hier een prachtige natuurwandeling gemaakt en kennisgemaakt met de rijke flora van dit gebied, incl de grote keur aan paddenstoelen die er groeien. Ter afsluiting hebben we ook nog een bezoek gebracht aan de kerncentrale die van hetzelfde type is als die van Tsjernobyl – de gelijknamige HBO- serie is gedeeltelijk hier opgenomen. Inmiddels is de centrale buiten werking gesteld, maar we konden nog wel een blik werpen op het bedieningssysteem waarbij een ex-medewerker liet zien hoe het veiligheidssysteem functioneerde en waarom dit in 1986 in Tsjernobyl faalde.

 

Het bedieningspaneel van de kerncentrale (foto Karel Onwijn)

Een andere eyeopener was de Oost-Letse stad Daugavpils, eerder ook Dünaberg en Dvinsk geheten, een kleine 30 km van de Russische grens. Ook hier vormen de Russen de meerderheid, verder woont er een grote Poolse minderheid. Tot de Eerste Wereldoorlog waren de Joden hier nog de grootste bevolkingsgroep, sinds de Holocaust wonen er nog maar weinig Joden. Er is nog één actieve synagoge die we hebben bezocht. We maakten hier kennis met de lotgevallen van de levendige Joodse gemeenschap tot aan de Tweede Wereldoorlog, maar ook over de nazi-bezetting toen de Joden werden verdreven naar het getto in het oude fort aan de rand van de stad om uiteindelijk te worden vermoord. In een van de fortgebouwen bezochten we een indrukwekkend museum gewijd aan het leven van de bekendste Jood van Daugavpils, Mark Rothko, die overigens al in 1913 met zijn ouders naar de VS emigreerde.

 

Tijdens het interbellum woonde er nog een grote Joodse minderheid in Daugavpils (foto Karel Onwijn)

Daugavpils is vernoemd naar de rivier waaraan ze is gelegen – de Daugava (Westelijke Dvina) – die in westelijke richting stroomt en bij Riga in de Oostzee uitmondt. De skyline van de stad is prachtig: je ziet al op grote afstand de torens uitsteken van de lokale lutherse, rooms-katholieke en Russisch-orthodoxe kerk. Zij staan allen in de wijk Jaunbūve, waar je ook nog een oudgelovigen-kerk vindt – dit zijn Russisch-orthodox-gelovigen die het niet eens waren met de hervormingen in hun kerk in 1667 en daarom zwaar werden vervolgd. Velen vestigden zich toen in de periferie van het Russische Rijk, waaronder ook in Letland. Nabij Daugavpils bevinden zich nog de nodig ‘oudgelovigendorpjes‘ bestaande uit eenvoudige houten huizen – we hebben er een aantal bezocht aan de oevers van de Daugava.

 

De belangrijkste oudgelovigenkerk in Daugavpils (foto Karel Onwijn)

Ook in Zuidoost-Estland – in de regio Setooma aan de grens met Rusland – wonen veel Russisch-orthodox-gelovigen. Dit zijn geen Russen, maar de nauw aan Esten gelieerde Seto, een Fin-Oegrisch volk dat oorspronkelijk gedeeltelijk in Estland en gedeeltelijk in Rusland woonde. Zo was de Russische stad Petsjori lange tijd het cultureel centrum van de Seto. Tegenwoordig vervult Värska deze rol en zijn de meeste Seto uit Rusland hier naartoe verhuisd, omdat ze in Estland beduidend meer mogelijkheden hebben om hun eigen culturele tradities in stand te houden. Mede door de eeuwenlange Russische overheersing hebben ze wel het orthodoxe geloof overgenomen, maar inmiddels gaat het om de Estse variant in de Estse taal.

 

Setooma kent veel mooi geverfde houten huisjes (foto Karel Onwijn)

Setooma komt voor ons over als een sprookjesland: kleine goed onderhouden en mooi geverfde houten huisjes en kerkjes bewoond door mensen die deels in klederdracht rondlopen. Men heeft de nodige energie gestoken in voorlichting over en promotie van de eigen tradities, we bezoeken er meerdere goed gedocumenteerde museumpjes. Ook de natuur is er prachtig en ongerept, we maken ook hier een prachtige wandeling en maken er kennis met de grote biodiversiteit. Overigens is hier de grenslijn met Rusland niet overal even duidelijk, er is nog geen duidelijke afscheiding geplaatst. Gelukkig behoedt onze gids ons ervoor dat we onbewust deze grens toch passeren. Overigens rijden we later wel bewust en volkomen legaal een slordige kilometer met onze bus over Russisch grondgebied. Deze verbindingsweg mag door niet-Russen worden bereden mits men maar niet stopt: in dat geval moet meteen de douane worden gebeld om misverstanden en arrestatie te voorkomen.

 

‘U betreedt het territorium van de Russische Federatie. Het stoppen van uw voertuig of lopen over de weg voor de afstand van 1 km is verboden’ (foto Karel Onwijn)

Na Setooma vervolgen we onze grensreis in noordelijke richting langs de Estse kant van het Peipusmeer dat de grens vormt tussen Estland en Rusland. Ook hier maken we kennis met de cultuur van de hier overal wonende Russische oudgelovigen. Eenmaal boven het Peipusmeer bezoeken we het prachtige Russisch-orthodoxe Pühtitsaklooster, waar meer dan 100 nonnen wonen en werken. Dat is net voor de meest noordelijk gelegen Baltische stad aan de Russische grens Narva, de meest Russische stad van Estland. Vanaf het centrale stadsplein zien we hoe de stad via een brug over de gelijknamige rivier is verbonden met de Russische stad Ivangorod, we zien er mensen overheen lopen en auto’s over heenrijden. We zijn verrast door de positieve sfeer in de stad en de vele restauratiewerkzaamheden die er gaande zijn. Het absolute hoogtepunt vormt de hypermoderne historische tentoonstelling in de Hermansburcht, waar we digitaal en interactief kennismaken met de vele oorlogen en culturen waarmee Narva in de loop der eeuwen te maken heeft gehad.

 

Blik op de Russische stad Ivangorod vanuit de Hermansburcht in het Estse Narva (foto Karel Onwijn)

We realiseren ons hier pas echt hoe weinig wij in Nederland eigenlijk weten over deze Baltisch-Russische grensregio. Deze reis heeft in ieder geval een klein tipje van deze sluier kunnen oplichten.

In november geven we onder de titel ‘Het Baltische Wonder’ een cultuur-historische online-cursus over de Baltische landen: