Impressies uit het Baltisch-(Bela)Russische grensgebied
Reizen / Litouwen / Letland / Estland / Balticum / Rusland / HOVO / Labrys
De Baltische landen grenzen rechtstreeks aan Belarus en Rusland. Vooral sinds de Russische agressie in Oekraine staan deze grenzen onder zware druk. Mede door de toenemende Russische en Belarussische dreiging is het grensverkeer sterk ingeperkt. Op nog maar een paar plekken kunnen een beperkt aantal mensen de grens oversteken. Hoe is momenteel de sfeer in het Baltische deel van dit grensgebied? Onlangs bezochten we met een groep HOVO-cursisten ism Labrys Reizen dit gebied, hierbij wat impressies.
We beginnen onze reis in Zuidoost-Litouwen nabij de Belarussische grens. Daar ligt het rustieke spastadje Druskininkai dat vele moderne wellness-centra telt. Er zijn nagenoeg geen Belarussen te vinden en maar weinig wijst erop dat we ons slechts op 10 km van de Belarussische grens bevinden. Behalve dan de verkeersborden met Belarussische plaatsnamen als Minsk en Grodno. Ook hier is de grensovergang maar zeer beperkt toegankelijk. Volgens de in de omgeving wonende Viktoras betreft dit voornamelijk Belarussen die in Litouwen werken en daar een speciale vergunning voor hebben. Op hun beurt mogen volgens hem ook Litouwers met de benodigde papieren Belarus inreizen, maar daar zou nog maar weinig animo voor zijn: ,,Niemand neemt dat risico, want je weet maar nooit of je niet opeens wordt vastgehouden.”
We rijden op gepaste afstand van de Belarussische grens verder in noordelijke richting en komen net na de Litouwse hoofdstad Vilnius vlak aan de weg een aantal grote gebouwen tegen daaromheen een indrukwekkend hekwerk met veel prikkeldraad. Dit blijkt de plek te zijn waar vluchtelingen uit het Midden-Oosten worden opgevangen die de Belarussische autoriteiten al langere tijd bewust over de grens met Litouwen probeert te zetten met als doel onrust te zaaien. Een extra reden voor de Litouwse autoriteiten om miljoenen euro’s investeren in de verdere versterking van de grens met Belarus. Even later rijden we langs een NAVO-oefenterrein waar eerder dit jaar een aantal Amerikaanse soldaten zijn verdronken nadat ze met hun pantservoertuig vast kwamen te zitten in een van de vele moerassen die zich hier bevinden.
Weer verder noordelijk, al niet meer zover van de Letse grens, stuiten we op de inmiddels gesloten Ignalina-kerncentrale. Deze bevindt zich letterlijk op de grens met Belarus – het oorspronkelijke terrein bevond zich zelfs voor een klein deel over de grens. Dat is niet vreemd, aangezien de centrale is gebouwd ten tijde van de Sovjet-Unie waarvan toen zowel Litouwen als Belarus deel uitmaakten. De kerncentrale is van hetzelfde type als die in 1986 in Tsjernobyl ontplofte. Het is daarom niet vreemd dat sinds de Litouwse onafhankelijkheid in 1991 alles in het werk is gesteld deze kerncentrale te sluiten. De twee kernreactors zijn uiteindelijk in 2004 respectievelijk in 2009 stilgelegd.
Wel kunnen we de simulator bezoeken die sinds de ramp in Tsjernobyl werd gebruikt om te oefenen wat te doen in geval van noodsituaties. Opvallend is dat de voertaal op de apparatuur en in de handleidingen uitsluitend in het Russisch is. Vrijwel al het personeel dat hier werkte was inderdaad van Russische, Belarussische en Oekraïense afkomst, zo vertelt Anastasija die ons hier rondleidt en zelf ook van Russische afkomst is. Het personeel emigreerde in de jaren 70 vanuit het oosten naar het speciaal voor deze kerncentrale gebouwde Litouwse stadje Visaginas.
Nadat de kerncentrale in 2009 werd gesloten zijn, de hoogopgeleide specialisten verhuisd naar landen elders in de wereld om daar weer aan slag te gaan in de nucleaire industrie. Het overig personeel kon maar gedeeltelijk een andere baan vinden in de omgeving. Toch heerst er ondanks de sociaaleconomische problemen in Visaginas een ontspannen sfeer. Volgens de hier woonachtige natuurgids Anton leven de Litouwers, de Oekraïners, de Belarussen en de Russen vreedzaam naast elkaar en is er sprake van veel gemengde huwelijken. Inwoners hier zijn volgens hem vaak twee- of zelfs drietalig.
Wanneer we verder naar het noorden doorrijden komen we in Daugavpils, de tweede stad van Letland. Ook dit is een etnisch gemengde stad waar etnische Russen meer dan 50% van de bevolking uitmaken en de Letten slecht 20%. De voertaal tussen de mensen op straat is inderdaad het Russisch, maar de taal op de verkeers- en informatieborden is uitsluitend in het Lets. Net als in Litouwen en Estland is de autochtone taal de enige officieel toegestane taal in Letland. Maar ook hier treffen we een ontspannen sfeer aan op straat en lijken de verschillende bevolkingsgroepen vreedzaam met elkaar samen te leven.
Wel worden er de ontwikkelingen aan de andere kant van de grens met Belarus en Rusland met argusogen gevolgd. Volgens Janis – werkzaam op de plaatselijke universiteit – maakte men zich in de stad aanvankelijk niet zoveel zorgen over een mogelijke aanval uit het oosten. Maar sinds het aantreden van de Amerikaanse president Trump en zijn toenadering tot de Russische president Poetin is men iets minder op zijn gemak. Volgens hem zijn er maar weinig Poetin-aanhangers in de stad. De meeste inwoners hebben een Lets paspoort en men reist maar al te graag naar Europa, om te studeren of voor vakantie. Wel is er in de stad nog altijd een kleine groep mensen met een Russisch paspoort of een zgn ‘grijs’ paspoort (‘statenloos’) waarmee ze vooralsnog zonder problemen de Russische grens over kunnen.
Wat verder opvalt in Daugavpils is het grote aantal kerken van zeer uiteenlopende gezindten. Naast Russisch-orthodoxe, Rooms-katholieke en Lutherse kerken vallen vooral die van de zogeheten Oudgelovigen op. Dit blijken vaak zeer bescheiden kerkjes te zijn van een Russisch-orthodoxe groep gelovigen die zich al in de 17e eeuw heeft afgescheiden van de toenmalige Russisch-orthodoxe kerk vanwege onenigheid over kerkhervormingen. Zij werden door de toenmalige Russisch-orthodoxe kerkleiding tot zogenaamde raskolniki (‘scheurmakers’) verklaard – zeg maar ketters – en vervolgd. Velen vluchtten toen naar de randen van het Russische rijk waardoor ze ook in het oosten van Letland en Estland terechtkwamen. Daar leefden – en leven ze nog steeds – een geïsoleerd bestaan volgens de strenge regels van hun eigen geloof. De meesten zijn nog altijd Russischtalig en trouwen vooral in eigen kring.
Ook wanneer we verder naar het noorden rijden komen we hun gemeenschappen tegen, vooral over de grens met Estland, langs het Peipusmeer, een enorm zoetwatermeer dat de grens vormt tussen Estland en Rusland. De oudgelovigen hier leven vooral van visvangst en uienteelt, en leiden verder een sober bestaan met weinig luxe. Wel zijn ze blij dat ze in het Europese Estland wonen en daarom vrij zijn om hun geloof uit te oefenen. Tegelijkertijd menen ze dat de regering in de hoofdstad Tallinn weinig oog heeft voor hun marginale sociaaleconomische positie. Zo zegt de eigenaresse van een winkeltje aan de oevers van het Peipusmeer dat de huidige Estse machthebbers meer geld zouden uitgeven aan Oekraine dan aan de Russische ingezetenen in eigen land.
Een dergelijke mening horen we ook meerdere keren terug in de nog noordelijker gelegen stad Narva, dat met een brug over de gelijknamige rivier is verbonden met het Russische stadje Ivangorod. Hier vormen de etnische Russen met zo’n 90% zelfs de absolute meerderheid. De meesten van hen stammen af van Russische migranten die hier na de Tweede Wereldoorlog door de Sovjetautoriteiten naartoe zijn gebracht. Overigens nadat ze eerst de stad volledig hadden platgebombardeerd en de overgebleven etnische Estse bevolking naar elders hadden gedeporteerd. De stad is in de loop van de jaren 50 heropgebouwd in Sovjetstijl en het voelt daarom aan als een doorsnee Russische Sovjetstad.
De voertaal in Narva is op straat nog altijd het Russisch, toch zijn ook hier de teksten in de openbare ruimte uitsluitend in de Estse taal. Volgens student politicologie Konstantin zijn de meeste inwoners tweetalig, maar is de voertaal thuis meestal Russisch – ook in zijn gezin. Net als in Daugavpils hebben ook hier de meeste inwoners het paspoort van hun nieuwe onafhankelijke thuisland, maar is er nog een kleine minderheid in het bezit van een Russisch of zogenaamd ‘grijs’ paspoort. Dit geeft ook hen het recht zonder visum de grens met Rusland over te steken. Zij vormen een deel van de lange rij wachtenden die dagelijks voor de brug over de Narva naar het Russische Ivangorod staat. Dit is nagenoeg de enige Europese grens met Rusland die nog functioneert en waarvan ook gretig gebruikt wordt gemaakt door reizigers uit andere landen die Rusland willen bezoeken.
Onze Baltische grensreis eindigt in de badplaats Narva-Jõesuu gelegen op de plek waar de rivier de Narva in de Finse Golf stroomt. Feitelijk rijden we vanaf Narva parallel aan de gelijknamige grensrivier die ons scheidt van Rusland. De Russische oevers lijken er vredig bij te liggen. We zien nergens iets wat op een militaire object lijkt, ook niet aan de Estse zijde, behalve dan misschien een handvol communicatiemasten. Narva-Jõesuu zelf blijkt een aimabel badplaatsje te zijn dat duidelijk betere tijden heeft gekend. Het was van oudsher inderdaad een populair kuuroord dat vooral werd bezocht door de rijkere inwoners van Sint Petersburg en omgeving. Maar daaraan is al langere tijd een einde gekomen, het zijn nu vooral mensen uit de regio die hier op vakantie gaan.
We maken ten slotte een laatste wandeling over het strand van de Finse Golf. Rechts zien we weer de grensrivier de Narva. Ook hier wijst niets erop dat dit de grens vormt tussen de NAVO en Rusland, of het moeten de opgestapelde rotsblokken die volgens de lokale mensen gebruikt gaan worden om een nieuwe pier te bouwen. Wanneer we over de Finse Golf zelf turen, zien we in de verte een aantal schepen langzaam voortbewegen. Ook zien we links ver weg in de hoek het silhouet van een havenstadje, dat Sillamäe blijkt te zijn. Wederom overheerst een gevoel van rust en vredigheid, en lijken de internationale spanningen uit de media hier ter plekke ver weg.
Maar dit blijkt toch niet het geval te zijn. De volgende dag lezen wij dat er juist op deze plek een Estse olietanker onterecht is aangehouden door de Russische autoriteiten en deze vervolgens gedwongen voor anker moest gaan. Dit blijkt weer een reactie te zijn op een incident een paar dagen eerder in de Estse wateren. Toen wilde de Estse marine een schip van de Russische schaduwvloot controleren. Dat werkte niet mee en vervolgens stuurde Rusland een gevechtsvliegtuig de lucht in om dit schip te beschermen, waarbij deze het NAVO-luchtruim schond..
Hieronder een korte foto-impressie van deze rondreis door het Baltisch- (Bela) Russisch grensgebied (© Karel Onwijn).


















Deze zomer (augustus) geven we bij HOVO Amsterdam een vierdelige cursus over de Baltische kunst & cultuur onder de titel ‘De rijke culturele traditie van Estland, Letland en Litouwen’. Zie voor meer informatie: https://vu.nl/nl/onderwijs/hovo-amsterdam/cursussen-opleidingen/kunst-en-cultuur-in-de-baltische-landen-een-historische-kennismaking-fysiek/inleiding
Impressies uit het Baltisch-(Bela)Russische grensgebied Meer lezen »